Geventileerd hellend dak kan best zonder.
In plaats van de dampremming aan de binnenbeplating over te laten, wordt in prefab dakelementen vaak nog een extra dampdichte folie opgenomen. Het niet goed afplakken van deze folie zorgt juist voor wat aannemers niet willen: condensatie in de constructie.
Aannemers zijn er zo langzamerhand aan gewend geraakt dat in een geïsoleerde houtskeletconstructie een damprem in de vorm van een folie wordt opgenomen. Bang dat anders condensatie in de constructie ontstaat als het buiten koud wordt. Hoe dikker de folie hoe beter, denken velen. Dit heeft ertoe geleid dat bouwers zich bij een dampremmer alleen nog maar een folie kunnen voorstellen. Leveranciers van prefab dakelementen verwerken deze folie in hun dakelementen. Meestal worden deze elementen onder KOMO-garantie geleverd. Een folie moet dan in het dakelement worden opgenomen, wil de leverancier er garantie op geven. Dit komt omdat de KOMO-testen met dampremmende folie worden uitgevoerd. Op afbeelding 1 en 2 is deze folie duidelijk te zien. Het steekt voldoende lang uit het element om onderling aan elkaar te kunnen worden geplakt. Dat dit niet altijd eenvoudig is, toont de situatie op afbeelding 3. Aan meerdere kanten steekt folie uit de elementen, terwijl de slierten goed dampdicht aan elkaar moeten worden geplakt.
Volledig gesloten
De afbeeldingen 4 tot en met 6 laten zien dat de folie bij de zijkant van de elementen is afgesneden: de standaard situatie die ik op de bouw aantref bij controles van prefab elementen. Het gevolg is dat de dampremmende laag niet meer gesloten kan worden afgeplakt. Tijdens het aftimmeren valt door de naden geen licht en is met het blote oog niet goed te zien of de naden dampdicht zijn afgedicht. In die gevallen gebruik ik vaak een handzaag om de dampdichte afwerking te controleren. Op afbeelding 7 en 8 is die duidelijk niet volledig gesloten.
In één vlak liggen
Het opnemen van een dampdichte folie in de dakelementen veroorzaakt nog een ander – veel verraderlijker – probleem dat vaak over het hoofd wordt gezien; zie afbeelding 9 en 10. De damprem ligt hier op de binnenbeplating in de dakconstructie en de afdichting rondom de dakdoorvoer ligt onder de binnenbeplating. Ze liggen nu niet meer in één vlak. Hierdoor ontstaan op meerdere plaatsen lekken. Hoe deze zijn ontstaan, toont afbeelding 11. De blauwe lijn geeft het lek aan. De dampdichte folie (groene lijn) ligt op de binnenbeplating en de dampdichte afwerking (rode lijn) bevindt zich onder de binnenbeplating. Via stuiknaden in de binnenbeplating ontstaan nu lekken.
Verloop dampspanning
De binnenbeplating is meestal een watervaste spaanplaat. Onafgewerkt met een groene kleur, zoals te zien op afbeelding 10. Maar ook witte afgelakte watervaste spaanplaat behoort tot de mogelijkheden, zie afbeelding 6 en 7. Evenals multiplex binnenbeplating (met of zonder lak) en OSB platen. Deze platen zijn dampremmend. De vraag is of ze voldoende dampremmend
zijn. In afbeelding 12 is te zien dat zelfs bij extreme situaties het dauwpunt nog steeds aan de geventileerde spouw onder de dakpannen ligt. Onderstaande graadmeters liggen ten grondslag aan de situatie die in afbeelding 12 is te zien: binnentemperatuur 21 °C, luchtvochtigheid binnen 80 procent, binnenbeplating μd 1,08, buitentemperatuur -10 °C, luchtvochtigheid buiten 40 procent en dampopen spinvlies buitenzijde μd 0,02. Inwendige condensatie vindt ook nu nog steeds niet in de constructie plaats, maar in het dampopen spinvlies. En is dus veilig.
Oplossing
De oplossing voor boven besproken problemen bij het dampdicht afplakken van de dampremmende folie, is deze folie weg te laten en de dampremmende werking aan de binnenbeplating over te laten. In een nog extremere situatie dan de grafiek weergeeft, kan iets inwendige condensatie optreden. De periode waarin dit gebeurt, is echter zeer kort. Een constructie kan een bepaalde hoeveelheid condensatie opnemen als die er in een gunstigere periode maar weer uit kan drogen. Dit is in een geventileerd hellend dak altijd het geval. Om een goed gesloten dampremmende laag te creëren, is het nu voldoende om de binnenbeplating aan de binnenzijde af te plakken. Eenvoudiger uitvoerbaar en beter controleerbaar. De afplaktape wordt naderhand door de aftimmerstroken onzichtbaar afgedekt. Een dakdoorvoer is nu met een dampdichte manchet gemakkelijk aan de binnenzijde af te dichten omdat deze in één vlak met de dampremmende binnenbeplating ligt.
Aandachtspunt
Dampspanning verloopt zeer langzaam door een constructie. De stroom gaat van warm naar koud. Het loopt er langzaam in en droogt er langzaam weer uit. Problemen ontstaan bij lekken. Daar gaat waterdamp zeer snel de constructie in. Omdat het uitdrogen langzaam gaat, treedt condensatie op. Bij toepassing van een folie als dampremmer ontstaan veel meer lekken dan bij een binnenbeplating als dampremmer. Als de leverancier van de dakelementen niet mee kan of wil werken, kunnen aannemers de folie als overbodig beschouwen en de binnenbeplating als dampremmer gebruiken. Het probleem is dan ook opgelost.
Ing. G. H. (Henk) Wegkamp