Betrouwbaar | Delen van kennis

Regels rond vloerafscheidingen

December 2009 - De Aannemer

Aannemer interpreteert Bouwbesluit vaak verkeerd.

Het Bouwbesluit is niet zo eenvoudig te doorgronden. Dat blijkt uit de vele fouten die aannemers maken door de regels verkeerd te interpreteren. Vooral de bevestiging van vloerafscheidingen levert geregeld problemen op.

Niet alle woningen hebben een balkon. Om toch een gevoel van buitenruimte te creëren, ontwerpen architecten graag een Frans balkon. Een stel naar binnendraaiende deuren op een verdieping, met aan de buitenzijde de vloerafscheiding in de vorm van een balustrade (foto 1).

Eisen

Voor vloerafscheidingen zijn in het Bouwbesluit onder hoofdstuk 2 Veiligheid – in afdeling 2. 3 Vloerafscheiding, paragraaf 2. 3. 1 Nieuwbouw – voorschriften opgenomen. De functionele eis luidt:
Afdeling 2. 3 Vloerafscheiding
Paragraaf 2. 3. 1 Nieuwbouw.

Artikel 2. 14

  • Een te bouwen bouwwerk bevat voorzieningen waardoor het van een vloer vallen voldoende wordt voorkomen;
  • Voor zover voor een gebruiksfunctie in tabel 2. 14 (zie figuur 00) voorschriften zijn aangewezen, wordt voor die gebruiksfunctie aan de in het eerste lid gestelde eis voldaan door toepassing van die voorschriften;
  • Het eerste lid is niet van toepassing op de gebruiksfuncties waarvoor in tabel 2. 14 geen voorschrift is aangewezen.


In de bovenstaande functionele eis wordt verwezen naar tabel 2. 14. In deze tabel zijn voor de onderstaande gebruiksfuncties, in artikel 2. 18 ‘opstapmogelijkheid’ genaamd, voorschriften opgenomen onder lid 1, te weten:

  • 1b andere woonfunctie;
  • 2a bijeenkomstfunctie voor kinderopvang voor kinderen jonger dan 4 jaar;
  • 2b andere bijeenkomstfunctie voor kinderopvang;
  • 8a onderwijsfunctie voor basis of speciaal onderwijs;
  • 8b andere onderwijsfunctie.


Lid 1 van artikel 2. 18 zegt het volgende:
Opstapmogelijkheid
Artikel 2. 18

  • Een afscheiding bedoeld in artikel 2. 15 heeft, ter voorkoming van het overklauteren, geen opstapmogelijkheden tussen 0,2 m en 0, 7 m boven de vloer.

Als bedoeld

Er staat in deze zin een kort, maar belangrijk stukje tekst, namelijk: ‘als bedoeld in artikel 2. 15’. Hier wordt in de praktijk vaak overheen gelezen, waardoor er fouten ontstaan. Heel veel leden in het Bouwbesluit bevatten zo’n vergelijkbaar stukje tekst. Het betekent – in dit geval – dat de genoemde voorschriften alleen van toepassing zijn voor een afscheiding die voldoet aan de voorwaarden die zijn beschreven in artikel 2. 15.

Aanwezigheid
Artikel 2. 15

  • Een vloer heeft bij een rand een niet-beweegbare afscheiding als die rand meer dan 1 m hoger ligt dan een aansluitende vloer, het aansluitende terrein of het aansluitende water;
  • Het eerste lid geldt niet ter plaatse van de aansluiting van de vloer op:
    a. een trap;
    b. een hellingbaan;
  • Onverminderd het tweede lid geldt het eerste lid niet voor:
    a. een rand van een podium;
    b. een rand van een vloer die aan een bassin grenst;
    c. een rand van een laadvloer;
    d. een rand van een perron;
    e. een met een rand als bedoeld onder a tot en met d, gelijk te stellen rand van een vloer.


Voor alle overige afscheidingen gelden deze voorschriften niet. Dit volgt uit lid 3 van artikel 2. 14, de zogeheten functionele eis. Hebben aannemers dit niet in de gaten, dan lopen ze het risico onnodig veel kosten te maken of niet te voldoen aan de minimale eisen van het Bouwbesluit. Afkeuring door de gemeente is veelal het gevolg, met relatief veel kosten als toetje. Een vloerafscheiding in een gebouw, waarin zich doorgaans kinderen bevinden – en waar moet worden voorkomen dat men meer dan 1 m naar beneden kan vallen – mag dus geen opstapmogelijkheid hebben tussen de 20 cm en 70 cm boven de vloer. Foto 1 laat een Frans balkon van een woning zien. De bevestigingspunten bevinden zich echter tussen de 20 en 70 cm boven de vloer, zie ook de foto’s 3 en 4. Deze zijn daarmee opstapmogelijkheden en mogen dus niet op deze hoogten voorkomen.

Uitzondering

Uitzonderingen bevestigen de regel. Zo ook in het Bouwbesluit. Een tweede, veelgemaakte fout bij het lezen en interpreteren van het Bouwbesluit is het fenomeen dat aannemers niet verder lezen als een passende tekst is gevonden. In tabel 2. 14 is voor de genoemde gebruiksfuncties lid 1 van artikel 2. 18 aangewezen. Voor de overige gebruiksfuncties, met uitzondering van 1a woonfunctie van een woonwagen en 12 bouwwerk geen gebouw zijnde, wordt lid 2 aangewezen. Deze luidt:
Opstapmogelijkheid
Artikel 2. 18

  • In een gedeelte mede bestemd voor bezoekers heeft een afscheiding als bedoeld in artikel 2. 15, ter voorkoming van het overklauteren, geen opstapmogelijkheden tussen 0,2 m en 0,7 m boven de vloer.

Bij een vloerafscheiding in een kantoorgebouw dat niet is bestemd voor bezoekers, is de situatie zoals op foto 2 toegestaan. Ondanks het feit dat hier een opstapmogelijkheid aanwezig is. Het voorkomen van overklauteren heeft namelijk betrekking op kinderen. Volwassenen kunnen dit altijd wel. Voor hen geldt de hoogte-eis van de totale afscheiding, zoals die is geformuleerd in artikel 2. 16 in tabel 2. 14.

Schadepost

De op de foto’s getoonde fouten zijn niet zo eenvoudig op te lossen. De architect is als eerste verantwoordelijk voor dit soort missers. Toch moeten aannemers zich er wel van bewust zijn dat zij gezien worden als een deskundige en een meldingsplicht hebben. Vroegtijdige controle en actie van hun zijde kan veel faalkosten voorkomen, omdat bouwers vaak opdraaien voor het grootste gedeelte van de schade.

Ing. G. H. (Henk) Wegkamp

figuur 00 figuur 00  figuur 01 figuur 01  figuur 02 figuur 02  figuur 03 figuur 03  figuur 04 figuur 04