Slordig werk leidt tot kostbare aanpassingen.
Installaties in gebouwen nemen in omvang toe. Vooral voor luchtbehandeling en riolering zijn forse kanalen nodig. Vaak worden deze in de betonvloeren opgenomen. Een goede voorbereiding is dan noodzakelijk. Dat niet elke aannemer dit onderschrijft, blijkt wel uit de praktijk.
Wie er vóór de bouw geen rekening mee houdt dat luchtbehandelingskanalen in de betonvloeren moeten worden opgenomen, krijgt achteraf de rekening gepresenteerd. Tijdens de bouw is vaak geen goede oplossing meer te realiseren, met kostbare aanpassingen en/of schade tot gevolg. Dit is te zien op foto 1 en 2, waar de bovennetten zich aftekenen in de betonvloer. De dekking was hier onvoldoende.
Oorzaken
De oorzaak: het slecht uitwerken van de detaillering van de betonvloeren ter plaatse van in te storten voorzieningen. Op foto 3, 4 en 5 liggen forse luchtbehandelingskanalen op een breedplaatvloer. De bovenwapening ligt hierdoor veel te hoog, waardoor de dekking boven de wapening te gering wordt. Op de vloer is een opstort van 20 cm gepland. Nu de bovenkant van de wapening al op 20 cm boven de schil ligt – foto 6 – is de dekking weg. De bovenkant van het luchtbehandelingskanaal op foto 7 ligt op 15,5 cm boven de schil. De dekking bovenop is 45 cm. Dit kan voor kanalen die dwars op de overspanning liggen problemen opleveren.
Constructief
Liggen de kanalen dwars op de overspanning, dan geldt het volgende. De bovenste circa 75 mm van een betonvloer is de drukzone. De prefab schil is de trekzone. De tussenliggende ruimte is bruikbaar voor installaties. De minimale drukzone boven een kanaal is 60 mm. Met wapening mag de drukzone 40 mm meten. De constructeur moet dit wel goedkeuren. Op de foto’s 3 t/m 5 zijn over een grotere afstand de tralieliggers weggeknipt. Dit mag niet zomaar. De ontbrekende tralieliggers moeten soms worden gecompenseerd met extra bijlegwapening. Extra ondersteuning moet er in elk geval altijd zijn. Ook mogen geen dwars op de overspanning liggende kanalen worden opgenomen in een zone grenzend aan de oplegging met een minimale breedte van 500 mm of eentiende van de overspanning. De maximale breedte van een kanaal is 250 mm. Bij het kruisen van leidingen moet de dwars op de overspanning liggende de onderste zijn. Twee elektrabuizen mogen elkaar kruisen, maar dat gaat niet altijd goed. De elektrabuizen op foto 8 en 9 hadden beter over het luchtbehandelingskanaal kunnen lopen. Deze vloer werd dikker dan gepland, met alle technische en financiële gevolgen van dien.
Platgetrapt
Op foto 10 zijn kanaalplaatvloeren zichtbaar waarin luchtbehandelingskanalen zijn opgenomen, die zichtbaar boven de vloer uitkomen. Om dit verschil op te vangen, was een egaliserende tussenvloer gepland. In de voorbereiding is echter vergeten
dat de in de egaliserende tussenvloer opgenomen waterleidingen niet alleen naast de luchtbehandelingskanalen liggen, maar deze ook kruisen. Hierdoor komen ze op elkaar te liggen en hebben meer ruimte nodig. Dit probleem werd opgelost door de kanalen plat te trappen, foto 11 t/m 15. Op foto 12 en 13 zijn de kanalen lek getrapt, met ernstige gevolgen voor de kwaliteit van de ingeblazen ventilatielucht. Door de beschadigingen zijn de kanalen slecht te reinigen en is schimmelvorming waarschijnlijk het gevolg.
Oplossing
Door de vloerdoorsnede op de kritische plaatsen op ware grootte uit te tekenen, worden dit soort problemen tijdig zichtbaar en kan actie worden ondernomen. Ook is een goede afstemming met de verschillende installateurs nodig. De aannemer moet de coördinatie op zich nemen. Hij wordt immers met de vervelende gevolgen geconfronteerd en draait op voor de extra kosten. Controle tijdens de uitvoering kan veel schade voorkomen.
Ing. G. H. (Henk) Wegkamp